De Nachtwacht van Rembrandt op oorspronkelijke grootte in 195.000 pixels uit 49 houtsoorten 

Houtkunstenaar Jakko Woudenberg gaat tot het uiterste 

Op de foto van bovenaf: Rik Simons en Jasper Hoogervorst, Gilde collega’s van Jakko, die het niet konden laten er toch even op te gaan liggen.

In een lokaal van het Regius College in Schagen ligt een bijna voltooide versie van De Nachtwacht van Rembrandt van Rijn op de vloer. Het werk bestaat uit 500 panelen die met de hand gevuld zijn met pixels uit 49 houtsoorten. Meesterparketteur en houtkunstenaar Jakko Woudenberg loopt druk heen en weer: hij begeleidt vrijwilligers die hem helpen bij het opvullen van de panelen volgens een strak systeem dat doet denken aan Ministeck of color by numbers. En hij kijkt of er nog pixels bij gezaagd moeten worden. 

 

De planning is dat het werk, dat bijna 4 jaar aan tijd heeft gekost, aan het eind van het jaar wordt onthuld. Jakko: “Dit project draait om verbinding, vakmanschap, creativiteit, avontuur en zelfkennis en ontwikkeling.”  

Toen hij 25 jaar geleden als leerling parketteur begon had hij het idee van De Nachtwacht al in zijn hoofd: “En vroeg zich af of het mogelijk zou zijn de Nachtwacht in hout te maken. Het antwoord op die vraag komt nu uit, maar als ik van tevoren zou hebben geweten hoeveel het me geestelijk en fysiek zou gaan kosten was ik er waarschijnlijk niet aan begonnen.” Hij legde een aantal jaren geleden al eens een aantal prachtige parket vloeren voor de Gemeente Alkmaar in het oude Raadhuis van de Rijp en daar kwam Jakko met het idee om een portret uit hout te maken van Jan Adriaans- zoon Leeghwater (1575-1650), de beroemde molenbouwer en waterbouwkundige die de vader van de inpoldering is. “Ik maakte het na van een getekend portret en voerde het uit in 7 houtsoorten.  

Door horizontale en verticale structuren op de pixels en het kleurcontrast tussen de houtsoort kwam het portret tot leven. En toen kwam die nachtwacht weer in mijn hoofd, want als deze kan, dan kan de Nachtwacht ook! ” Van- uit zijn bedrijf Dutch Wood Artist maakte hij vervolgens een indrukwekkende vloer en trap met een zichtbare jaarringen- structuur bij het hoofdkantoor van Krinkels in Breda waar hij naast het winnen van de Vakwerk Awards ook internationaal diverse onderscheidingen voor ontving. “Dat zette me defini- tief op het spoor, ik wil voortaan alleen nog maar bijzondere houtcreaties maken. Tijdens het project in Breda was ik ondertussen al in mijn hoofd bezig hoe hem te maken. 

Heel precies zagen

 

 

Geen opdrachtgever 

Zijn omgeving keek hem vreemd aan: De Nachtwacht maken uit hout zonder dat daar een opdrachtgever tegenover staat? Waarom doe je dat? “Ik heb mijn huis verkocht en ben in een klein appartement gaan wonen en vond een opslag voor het materiaal voor dit kunstwerk. Ik had berekend dat ik het in 2 tot 3 jaar zou kunnen afmaken wanneer ik er full time mee aan de slag ging, zou ik werk erbij zijn blijven doen dan zou het uitlopen tot 6 of misschien wel 8 jaar. Ik ben toen toch maar eens met wat mensen gaan praten. Door sponsoring kon ik mijn handen vrij maken en fulltime met de Nachtwacht aan de slag gaan. Ik heb toen de benedenverdieping onder mijn appartement erbij gehuurd en ben na een verbouwing begonnen.” 

 Voor het project heeft Senne Wede een speciaal programma geschreven, wat even kort door de bocht gezegd, De Nachtwacht omzet naar een soort schilderen op nummer. Om het schilderij diepte te geven, zaagt Jakko de pixels diagonaal uit het hout. Hierdoor komt de hout- structuur diagonaal op de pixel te staan. Door deze steeds contra van elkaar te plaatsen ontstaan er diagonale lijnen die diepte gaan geven aan het schilderij. Hij wijst op de al gelegde panelen: “Zie je die diagonale lijnen? Veel mensen denken dat ik kopshout gebruik maar dat is dus niet zo.” Hij zucht: “Het is zoveel meer werk dan dat ik van tevoren had kunnen bedenken. Maar het brengt me ook veel positieve ervaringen.” 

 

Houtsoorten

 

‘Dit project draait om verbinding, vakmanschap, creativiteit, avontuur en zelfkennis en ontwikkeling’

 

500 panelen 

Sinds maart vorig jaar heeft Jakko een deel van zijn werkzaamheden naar het Regius college verplaatst met als doel leerlingen organisch bij het creatieproces te betrekken en ze laten zien dat je met een ambacht ook heel creatief kunt zijn. Ze moeten niks, ze mogen helpen. Het werk wordt opgebouwd uit 500 panelen (475 stuks van 20 x 20 cm en 25 van 10 x 20 cm) die door leerlingen van het Regius College en mensen die zich verbonden voelen met zijn project worden ingelegd vanuit pixelbakken met vakjes waarin de 49 verschillende houtsoorten met afkortingen zijn opgedeeld. Hij heeft voor ieder paneel een doorzichtig transparant sheet dat op het te vullen paneel kan worden gelegd als extra spiekbrief: komt de kleur van het vakje overeen met de gelegde pixel dan klopt het.  

De pixels worden dus in ruitvorm geplaatst op vakjes met de afkorting van de houtsoort (zoals W voor Wengé en IP voor Ipé). Alle pixels van 1 x 1 cm zijn met de hand gezaagd, plus uiteraard een flink aantal extra: “Ik gebruik een gewone zaagtafel waarmee ik eerst diagonale reepjes van 1 cm uit parketstroken zaag, die ik daarna allemaal weer aan elkaar plak zodat er weer een parketstrook ontstaat die daarna nog een keer contra gezaagd wordt zodat er pixels ontstaan. Die dan nog losgetrokken moeten worden van de tape wat ook ongelooflijk veel werk is geweest. Om 195.000 pixels te krijgen zijn 61.500 zaagbewegingen nodig. Maar maatvastheid kun je vergeten. Het zaagblad zwabbert altijd iets, de hardheid en structuur per houtsoort verschilt en hoe hard ik de strook in de mal druk geeft tienden tot honderdsten verschil. Nou kun je denken: dat is niet zoveel, maar op 195.000 duizend pixels gaat dat in de tientallen centimeters lopen.” 

 

Jakko Woudenberg

‘Als ik van tevoren zou hebben geweten hoeveel het me geestelijk en fysiek zou gaan kosten was ik er waarschijnlijk niet aan begonnen’  

 

Vertekening  
Om te voorkomen dat de figuren van De Nachtwacht niet te veel gaan hellen door het verschil in maatvoering van de pixels moet Jakko ieder paneel corrigeren naar nul: “Ieder paneel heeft aan de boven en linkerkant iets kleinere pixels om deze vertekening, deze kromming op te vangen. Echter dan zijn we er nog niet want het maatvoeringprobleem ontstaat ook bij de panelen. Want ook daar zitten tiende en honderdste verschillen. Dat keer 500 panelen loopt ook op in centimeters. Dus voeg ik uiteindelijk weer 25 panelen samen zodat er een groter paneel ontstaat van 1 vierkante meter en zo ontstaan er 20 panelen die ik uiteindelijk samenvoeg tot de Nachtwacht.” Hij vervolgt: “Het controleren en lijmen van de ingelegde panelen doe ik in mijn aterlier in Warmenhuizen. Ieder gelegd paneel is in spiegelbeeld ingelegd, een ingelijmde drager wordt op de pixels gedrukt en wordt dan met het onderliggende plexiglas plaatje uit de pixelunit verwijderd en omgedraaid en daarna in de lijmmal geplaatst. Voor deze Nachtwacht heeft het Zweedse Bona die ook sponsor is van het project een speciale silaanlijm ontwikkeld. Op de potjes staat dan ook Nightwatch adhesive vermeld.” 

Iedere houtsoort een vakje per doos

 

Coderen 

Het hout dat Jakko gebruikt komt voor een deel bij de Amsterdamsche Fijnhout vandaan, voor een deel bij Parketfabriek Lieverdink en voor een deel is het afkomstig van oude schuurtjes en ander resthout via collega’s. Hoe kwam hij op het systeem van het indelen van de pixels, de controlebladen en de 49 houtsoorten? “Het waren er eerst 56, maar dat was te veel en de houtsoorten die ik heb weggedaan voegden te weinig toe. Ik zag mezelf niet een houtsoort vertalen naar een kleur dus heb ik programmeurs benaderd die direct nee zeiden. Via mijn partner kwam ik bij Senne terecht die er wel een uitdaging in zag. Naast Senne heeft Marcel Valkema alle houtsoorten gefotografeerd en de RGB-waarden (Rood Geel Blauw, een systeem van kleurenopbouw uit de grafische industrie) bepaald en de inputafbeelding van de Nachtwacht, inclusief de ooit afgesneden stukken, gemaakt het systeem van Senne.

Hij koppelt daar op basis van de RGB-waarden een houtsoort aan en vertaalt die weer naar een codering. Het eerste testpaneel van een personage was onder andere onvoldoende contrastrijk waardoor de afbeelding er niet uit kwam. Dus moesten we terug naar de tekentafel wat heel veel tijd heeft gekost. ” Uiteindelijk wordt het werk groter dan wat er nu hangt in het Rijksmuseum, want, zo weet hij: “Wat we hier maken is de oorspronkelijke afmeting die destijds bijgesneden is. Dit is dus het origineel.” 

Nog te weinig contrast bij eerdere pogingen

 

Documentaire 

Zo ontstond er een model waar nu naartoe wordt gewerkt. “Het is geen exacte replica, dat kan niet wanneer je niet schildert. Het is mijn interpretatie en ik ben afhankelijk van de houtsoorten zelf, want elke pixel is anders, ook in dezelfde houtsoort. Ik blijf bij de echte houtkleur en ga niet beitsen of pixels behandelen met een kleurenolie of iets dergelijks. Echter, door 49 houtsoorten te gebruiken met hun vele tint- en structuurverschillen ontstaat er toch een heel groot kleurbereik. Maar wat wazig is op het schilderij is ook wazig op deze Nachtwacht. Ik heb aan de opstelling van de personen en de compositie niets veranderd.” Na een tweede testpaneel wist hij dat hij op de goede weg was. Omdat het voegen van de panelen niet op de reguliere manier kan (met houtstof en voegenkit) heeft hij in overleg met Bona gekozen voor een 2K heldere filler. De panelen worden daarna afgewerkt met Bona Craft 2k olie.   

Hoe is hij op het Regius College terechtgekomen? “Ik wil graag aan de jeugd laten zien dat je met een ambacht ook heel creatief kunt zijn, maar ze ook aansporen tot het out of de box denken en op avontuur te gaan. De leerlingen helpen met het invullen van de panelen, ik doe het zagen zelf maar zij kijken toe en stellen vragen.” In totaal heeft Jakko 61.500 zaagbewegingen nodig voor dit werk, hij moet nog 10.000 pixels zagen op het moment van interviewen (half februari 2024). Inclusief de overcapaciteit pixels heeft hij er dan 220.00 gezaagd. Het meeste werk is het eraf pellen van de tape die hij gebruikt om de latjes die hij verzaagt op hun plek te houden: “Iedereen helpt mee met het afpulken: zitten, emmer erbij en gaan. Alsof we garnalen aan het pellen zijn.”  

Eind maart is het maken van de panelen klaar, dan moet er nog gecorrigeerd, samengesteld, geschuurd en afgewerkt worden. “Ik reken op 3-4 maanden voor het afwerken. Dan is het productieproces klaar en is het tijd voor de volgende stap: de onthulling, het exposeren, de promotie, de veiling of verkoop. Dat is het deel waar ik het meest tegen op kijk. Ik heb een deel van het proces laten filmen als een documentaire van de jonge filmmaker Bas de Groot, die ik laat komen wanneer ik voel dat er gefilmd moet worden. Ik kan niet achteraf een toneelstukje spelen, wat je ziet in de do- cumentaire op de site is authentiek. Dat moet helpen bij het bekend maken van dit project. Maar wat wil ik overbrengen als kunstenaar?” 

 

Thema’s 

Het oorspronkelijke schilderij is natuurlijk overbekend maar deze versie is zelfs groter dan het origineel en bedoeld voor op de grond, niet voor aan de wand. Weet hij inmiddels wat hij wil overbrengen op het publiek? “Ik zoek verbinding via dit werk, zoveel mogelijk mensen die in een netwerk bijdragen aan het ontstaan en het bekijken ervan. We leven in gepolariseerde tijden waarin alles zwart-wit, goed-fout is. Met dit werk laat ik letterlijk zien dat er nuances zijn.   

Het is voor mij ook een symbool van creativiteit: het verzinnen van praktische oplossingen, het creatief inzetten van vakmanschap, van ambachtelijkheid. Ik noem het functionele kunst, want het is laagdrempelig, toegankelijk en toch kunstzinnig en functioneel als vloerpaneel. Ik zie dit project ook als een avontuur waarbij ik de jeugd uitnodig om uit hun digitale comfortzone te breken en iets concreets te maken met hun handen. Een doorzetten: ook ik heb momenten gehad dat ik wilde stoppen, voelde dat het niet opschoot en dat ik te afhankelijk was van de bijdragen van anderen. Zelfkennis opdoen en jezelf ontwikkelen, zowel voor mij als kunstenaar als voor de leerlingen hier. Een gevoel van trots overbrengen: dit kan ik, hier ben ik goed in. Ik weet dat maar ongeveer 2 procent van alle kunstenaars in alle disciplines, of het nu beeldende kunst, muziek of acteren is, er uiteindelijk van kan leven. 

 Ik moet dit verhaal zoveel mogelijk promoten, de premièrelocatie zoeken, social media en de website van het project updaten. Ik denk erover sommige van de panelen van het werk een NFC-chip te geven, waardoor ze interactief worden en er via een app extra informatie kan worden gegeven. Ieder paneel is overigens gesigneerd door degene die het heeft ingelegd (de auteur van dit artikel heeft paneel 407 ingevuld). We moeten het uiteindelijk verkopen om de investeringen terug te halen, het liefst met een publieke functie als eindbestemming. Houd ik er dan nog zelf iets aan over dan ben ik helemaal blij, maar dat is niet mijn voornaamste drijfveer. De leerlingen hier denken dat ik straks miljonair ben als het is verkocht! Je gaat toch niet voor niets 3,5 jaar aan dit project werken? Haha!” 

 

Volg het project op 

thenightwatchinwood.com 

 

 

 

 

Copyright
© 2024 Business Content Media Den Haag. Niets uit dit artikel of deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch,  op geluidsband of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever Business Content Media/Vakblad Vloeren Business magazine.

Dit artikel is verschenen in Vakblad Vloeren Business magazine, editie Maart/april 2024. Nog geen abonnement of wilt u een abonnement cadeau geven? Mail naar linda@businesscontentmedia.nl voor de meest recente aanbieding